Skip to content

Matigen belastingdruk

Veel melkveehouders voorzien dat zij 2022 met een goed bedrijfsresultaat gaan afsluiten. Ondanks de hogere kosten voor energie en (kracht)voer, is de melkprijs dermate gestegen dat er een heel behoorlijk bedrijfsresultaat behaald zal worden. Dit roept de vraag op welke mogelijkheden er nog zijn om de heffing van inkomstenbelasting te matigen. Onderstaand bespreken we een aantal mogelijkheden om de winst uit onderneming te verminderen.

Willekeurige afschrijving

Als in het verleden is geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen waarop willekeurige afschrijving mogelijk is, maar die mogelijkheid nog niet volledig is benut, dan is het raadzaam om dat alsnog te doen in 2022. Denk daarbij aan willekeurig afschrijving op milieu bedrijfsmiddelen.

Arbeidsbeloning meewerkende partner

Verricht een meewerkende partner zodanig veel werkzaamheden op het melkveebedrijf dat een beloning van minimaal € 5.000 alleszins redelijk is, ken hem of haar dan een beloning toe. Deze beloning komt in mindering op de winst uit onderneming en wordt bij de partner – veelal tegen een lager tarief – belast als resultaat uit overige werkzaamheden.

Toepassen kalenderjaarregeling meewerkende kinderen

Werkt een thuiswonend kind, ouder dan 15 jaar, mee in het melkveebedrijf, overweeg dan om het  kind loon uit te betalen. Het loon is aftrekbaar van de winst in de onderneming en bij het kind belast maar vaak betaalt het kind per saldo geen belasting doordat gebruik gemaakt kan worden van de algemene heffingskorting. Deze zogenaamde kalenderjaarregeling heeft als bijkomend voordeel dat de administratie ervan eenvoudig is.

Voorlopige aanslag tijdig betalen

Als te voorzien is dat de melkveehouder over 2022 meer inkomstenbelasting verschuldigd zal zijn dan is betaald op basis van de voorlopige aanslag, regel en betaal dan een hogere voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2022 voor 1 juli 2023. Over een aanslag inkomstenbelasting 2022 die datum na die datum is opgelegd brengt de Belastingdienst op jaarbasis namelijk 4% rente in rekening.

Onderhoud machines

Als onderhoud van machines gepland staat voor 2023, probeer dan het onderhoud naar voren te halen zodat het nog in 2022 kan worden uitgevoerd. De onderhoudskosten kunnen dan in 2022 ten laste van de winst worden gebracht.

Optimaliseren kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA)

Als er investeringsplannen zijn, weet dan dat er bedrijfsmiddelen zijn waarvoor de KIA geldt. Bij een investering in 2022 van circa € 60.000 in zulke bedrijfsmiddelen, wordt het maximale bedrag aan KIA (€ 16.784) benut.  

Het is ook mogelijk om in 2022 een verplichting tot investeren aan te gaan en een aanbetaling te doen. Dan kan in 2022 de KIA in aanmerking genomen worden terwijl het bedrijfsmiddel pas in 2023 wordt geleverd.

Voorziening groot onderhoud

Mogelijk is het dak van de stal of de erfverharding binnen nu en enkele jaren aan vervanging toe. In dat geval kunnen onder voorwaarden de in de toekomst te maken kosten naar voren worden gehaald. Op de balans van 2022 wordt dan een voorziening groot onderhoud opgenomen. Ook hiermee wordt de belastingheffing in 2022 beperkt.

Tot slot

De mogelijkheden waarmee winst uit onderneming kunnen worden gematigd zijn beknopt omschreven, niet alle voorwaarden zijn benoemd. Ook zijn er nog meer mogelijkheden om de belastingheffing te beperken. Raadpleeg daarom vooraf de adviseur.  

Coen Ruitenbeek, lid van de Vaksectie Recht van de VLB namens Flynth.

Belastingwijzigingen 2023 – impact voor de landbouw?

Op de derde dinsdag van september verscheen het Belastingplan 2023. Koopkrachtmaatregelen voor lagere en middeninkomens staan dit jaar centraal. Het is dit keer bepaald geen fiscaal feestje voor ondernemers en vermogende particulieren. Zij betalen namelijk mee aan de koopkrachtmaatregelen. Met welke wijzigingen krijg je als agrarische ondernemer in de inkomstenbelasting te maken?

Tariefsverlaging

Het laagste tarief box 1 gaat naar 36,93% over 73.031 euro aan inkomen. De lichte tariefsverlaging en schijfverlenging leveren je maximaal 560 euro belastingbesparing op.

Hogere arbeidskorting

De arbeidskorting is een inkomensafhankelijke aftrekpost op de te betalen belasting. De bedragen van de arbeidskorting gaat omhoog. De belastingbesparing is inkomensafhankelijk. Bij een winst van + 37.000 euro is uw maximale belastingbesparing 718 euro. Bij een hogere winst neemt je arbeidskorting af, boven de 115.000 euro heb je geen arbeidskorting meer. 

Meer  EIA en MIA

De budgetten EIA en MIA worden verhoogd, wat betekent dat mogelijkheden voor duurzame investeringen worden vergroot.

Snellere afbouw zelfstandigenaftrek

De afbouw zelfstandigenaftrek wordt alweer versneld. In 2027 resteer nog maar een aftrek van 900 euro. Fiscale verschillen tussen ondernemers en werknemers worden zo verkleind. Ook echte ondernemers hebben er fiscaal nadeel van. In 2023 gaat de zelfstandigenaftrek omlaag naar 5.030 euro. Ten opzichte van 2022 is dit een belastingverhoging van 400 euro.

Einde middelingsregeling

Deze regeling waarmee je belasting terugkrijgt bij een sterk wisselend inkomen wordt door veel landbouwers benut. Helaas blijkt de regeling niet goed te werken. In plaats van een verbetering van de regeling volgt nu een afschaffing. De laatste middelingsperiode is 2022-2023-2024. U heeft nog even om de laatste ronde te benutten.

Einde opbouw fiscale oudedagsreserve

De fiscale oudedagsreserve doet niet wat hij moet doen, je kunt er niet van met pensioen. Sterker nog: je moet hierover als je het bedrijf beëindigt zelfs afrekenen. De opbouw van deze balanspost is daarom vanaf 2023 niet meer mogelijk. De balanspost op 31-12-2022 blijft staan, je moet dit nog op de oude manier afwikkelen als je staakt. Deze maatregel komt daarmee over als een halve oplossing. 

Hoger tarief overdrachtsbelasting

Overdrachtsbelasting betaal je over de eigendomsverkrijging van onroerende zaken. In de agro gelden vaak vrijstellingen (bijvoorbeeld: voor landbouwgronden). Verkrijg je zonder vrijstelling dan wordt het algemene tarief vanaf 2023: 10,4% (nu is dat: 8%). Voor woningen die hoofdverblijf zijn geldt overigens een 2%-tarief (met de mogelijkheid van een startersvrijstelling).

Hogere tarieven vennootschapsbelasting en aanmerkelijk belang

Het belastingtarief dat BV’s betalen over een winst tot 200.000 euro gaat omhoog naar 19% (nu: 15%). De grens voor het hogere tarief van 25,8% gaat omlaag naar 200.000 euro (nu: 395.000). Ondernemen via een BV wordt hiermee fiscaal een stuk duurder.

Met een BV betaal je als directeur-grootaandeelhouder in box 2 belasting over dividend of verkoopwinst van je aandelen. Vanaf 2024 (nog niet in 2023) verandert het tarief. Het tarief over de eerste 67.000 aan inkomen wordt 24,5%, daarboven 31%. De bedoeling is om oppotten in de BV te ontmoedigen. Opnieuw: ondernemen via de BV wordt fiscaal minder leuk.  

Wat blijft er (voorlopig) nog wel?

Over de bedrijfsopvolgingsregeling komt er pas in november nieuws. De evaluatie landbouwvrijstelling wordt niet verwacht voor 2023. Geen nieuws is hiermee (voorlopig) goed nieuws.  

Auteur: Arne de Beer – lid van de Vaksectie Recht van de VLB namens Alfa

Het einde van belastingvoordeel door afschaffing van de middelingsregeling

Het is een veel gebruikte regeling door agrarisch ondernemers: de middelingsregeling. En dat is ook niet zo gek. Want de middelingsregeling kan voor belastingplichtigen met sterk wisselende inkomens een flink belastingvoordeel opleveren. En wie wil dat nou niet? Uit een evaluatie door het Ministerie van Financiën in november 2018 blijkt echter dat 85% van de belastingplichtigen die in aanmerking komen voor een middelingsteruggave, er geen gebruik van maakt. Dat zou evenwel ook kunnen komen doordat veel belastingplichtigen niet bekend zijn met de middelingsregeling en zelf om toepassing ervan moeten verzoeken. Hoe dan ook het kost de belastingdienst daarnaast veel tijd en geld. Zo is het balletje gaan rollen voor de afschaffing van de middelingsregeling.  

Hoe werkt de middelingsregeling?
De middelingsregeling herberekent de verschuldigde inkomstenbelasting op basis van het gemiddelde inkomen van drie aansluitende kalenderjaren. Omdat het box 1 tarief hoger wordt naar mate het inkomen hoger wordt, kan het belastingvoordeel opleveren door de inkomens gelijkmatig over de jaren te verdelen. Dat is het geval als het gemiddelde inkomen onder een lager belastingtarief valt als het hoogste inkomen in de middelingsjaren.
Voorbeelden zijn als in een jaar een bijzondere bate wordt ontvangen. Bijvoorbeeld door staking van het bedrijf. Maar ook bijvoorbeeld als er een uitzonderlijk goed of juist slecht jaar tussen zit. En dat laatste is in de agrarische sector geen uitzondering.

Hierna wordt in een voorbeeld uitgewerkt hoe de middelingsregeling werkt. De middelingsregeling levert de belastingplichtige in onderstaand voorbeeld een voordeel van € 9.147 op.

 201920202021Totaal
Voor middeling:    
Belastbaar inkomen box 1€ 25.000€ 150.000€ 25.000€ 200.000
Belasting/premies€ 9.228€ 65.925€ 9.275€ 84.428 (A)
     
Na middeling:    
Belastbaar inkomen box 1€ 66.667€ 66.667€ 66.667€ 66.667
Belasting/premies€ 25.103€ 24.900€ 24.733€ 74.736 (B)
     
Verschil in belasting/premies   € 9.692 (A-B)
Drempel   € 545
Terug te ontvangen   € 9.147

Alleen het gedeelte van het verschil in belasting dat de drempel van € 545 overstijgt komt voor teruggave in aanmerking. Blijft het bedrag onder de drempel van € 545 dan volgt geen teruggave.

Waarmee moet rekening worden gehouden?
Een jaar kan slechts eenmaal in een middelingstijdvak worden betrokken. Het is daarom van belang om een goede afweging te maken van het middelingstijdvak. Verliesjaren worden op nihil gesteld. De middeling moet worden aangevraagd binnen 36 maanden nadat de laatste definitieve aanslag van de drie middelingsjaren vaststaat.

Hoe aanvragen?
Via het formulier ‘Verzoek om middeling inkomstenbelasting’ kan de middeling worden aangevraagd. Er hoeft alleen te worden aangegeven om welk jaar het gaat. Het is niet nodig om een berekening toe te voegen.

Hoe nu verder?
Zoals het er nu naar uitziet is 2022-2024 de laatste periode waarin de middelingsregeling kan worden toegepast. De regering denkt erover om de regeling af te schaffen. Na Prinsjesdag zal hier naar verwachting meer duidelijkheid over komen. Voor de agrarische sector zou dat de zoveelste domper zijn.

Auteurs: Robin Nijhuis, voorzitter Vaksectie Recht van de VLB in samenwerking met Ingrid Wilting, belastingadviseur bij Flynth in Dronten.

Content aangereikt aan de redactie van Nieuwe Oogst september 2022