De Belastingdienst heeft op 16 december jl. op haar website het volgende geschreven over 25 jaar Landelijke landbouwnormen.
De Belastingdienst investeert in een moderne relatie met burgers bedrijven en andere samenwerkingspartners. Dat is niet nieuw. Kort geleden werden in een speciale jubileumvergadering met de interim voorzitter van LTO Nederland en directeur generaal van de Belastingdienst voor de 25ste keer de landelijke landbouwnormen vastgesteld.
In de landbouwnormen staan normbedragen die land- en tuinbouwers gebruiken om hun jaarlijkse belastingaangifte te doen. Ze worden jaarlijks in onderling overleg tussen de Belastingdienst en LTO Nederland vastgesteld.
Aanzienlijk vereenvoudigd
Het is een van de vormen van horizontaal toezicht waarbij de Belastingdienst samen met ondernemers, intermediairs en koepels afspraken maakt over de inrichting van hun administratie en werkprocessen. Hierdoor kan de Belastingdienst aangiftes sneller behandelen en worden tijdrovende controles achteraf voorkomen.
Interim voorzitter LTO Nederland Léon Faassen: “Voor de agrariërs scheelt deze manier van werken enorm veel tijd. Nu kun je in een tabel kijken voor hoeveel geld je een koe, een bepaald oppervlak bloembollen of melk voor eigen gebruik in de boeken moet zetten, in plaats van dat je dat allemaal zelf moet uitrekenen. Daarmee wordt het doen van aangifte in de inkomsten- of vennootschapsbelasting voor onze achterban aanzienlijk vereenvoudigd.”
Directeur generaal Hans Leijtens: “De landelijke landbouwnormen zijn een prachtig voorbeeld van horizontaal toezicht. Ze komen in goed onderling overleg tot stand, uiteraard binnen de kaders van de wet. Daarmee bereiken we eenheid in de uitvoering, gelijkheid van behandeling, bieden we rechtszekerheid en voorkomen we door overleg vooraf zoveel mogelijk geschillen tussen de Belastingdienst en belastingplichtigen. Voor mij is dit een mooi voorbeeld van open en transparant werken – een manier van werken die ik voorsta. Want alleen door samen te werken kan de Belastingdienst zijn werk goed doen.”
Samenwerking
Medewerkers van de Belastingdienst werken voor het samenstellen van de normen intensief samen met vertegenwoordigers van de land- en tuinbouwbedrijven. Dit zijn veelal agro-fiscaal adviseurs. Samenwerking is steeds meer nodig om digitale voorzieningen te maken, informatie te delen en het toezicht te verbeteren. Samen met andere partijen vormen we ketens. Naarmate die ketens beter functioneren, kunnen bedrijven soepeler zaken met ons doen.
De ‘Landelijke Landbouwnormen’ worden jaarlijks opgesteld door Het Platform Landelijke Landbouwnormen, een samenwerkingsverband tussen de Belastingdienst en LTO Nederland. Aan dit overleg nemen ook deel de Koninklijke Algemene Vereniging voor Bloembollencultuur (KAVB), de Samenwerkende Registeraccountants en Accountants-administratieconsulenten (SRA), de Tuinbouw Accountants en Administratie Kantoren (TAAK) en de Vereniging van Accountants- en Belastingadviesbureaus (VLB).
Nederland kent zo’n 64.000 land- en tuinbouwbedrijven die gebruik maken van de normen. De helft daarvan valt onder MKB Kleinbedrijf. Vijfenveertig procent is MKB Midden. En de laatste vijf procent zijn grote ondernemingen. Tachtig procent van de ondernemers in deze sector wordt direct of indirect vertegenwoordigd door de advieskantoren aangesloten bij de, TAAK, VLB of SRA. Wie geen gebruik maakt van de normen, moet gefundeerd aangeven waarom hij of zij dat niet doet.